We nemen je mee in een reisverslag van collega Joanne… Om 04:00 uur gaat de wekker. Snel spring ik uit bed, trek mijn kleren aan, doe de laatste spullen in mijn dag-rugzak en wandel naar buiten. Aan de voorkant van het hostal zie ik al een kleine rij ontstaan bij de halte van de pendelbus naar Machu Picchu. Ik haast me er naartoe en sluit netjes achteraan. Zo. Niemand doet me wat. Hier sta ik goed. Je moet hier op tijd in de rij gaan staan, anders heb je kans dat de bus al vol zit en je te laat aankomt om de zonsopkomst bij Machu Picchu. Rond 05:30 uur vertrekt de bus. Op naar dit magische wonder in Peru!
De busrit duurt een klein half uur. Bij de ingang van Machu Picchu mag ik weer in de rij. Het lijkt alsof ik er al een dag op heb zitten! Om 06:00 uur gaat de poort open en lopen we, in internationale groep, samen met de gids, naar een uitzichtpunt vanwaar we de citadel goed kunnen zien. Bijzonder en mysterieus is het wel, zo half in het donker starend naar een verlaten stad. Wat zal zich hier vroeger allemaal hebben afgespeeld?
Terwijl we de citadel inlopen komt de zon ons begroeten en wordt het langzaam licht. Alles warmt langzaam op door de zon. De gids vertelt ons hoe het leven er vroeger uit heeft moeten zien. Wat de verschillende gebouwen en tempels betekenen. En wanneer Machu Picchu is ontdekt.
Hierna hebben we tijd om zelf rond te lopen. Ik distantieer me van de groep en trek er alleen op uit. Al slenterend dwaal ik af naar vroegere tijden en waan mijzelf als een inwoner van deze verlaten stad. Ik zwerf over een eeuwenoud Inca pad en wandel via de Sun Gate naar de beroemde Inca Bridge. Hier is het oppassen geblazen, want naast me staart een diepe afgrond mij in de ogen. Hoewel de brug is afgesloten voor het publiek, kun je je goed voorstellen hoe deze vroeger werd gebruikt. Spannend moest het wel geweest zijn, zo langs de diepe afgrond.
Ik besluit om mijn dagdroom opzij te zetten en terug te gaan naar de ingang. Je kunt hier gratis een Machu Picchu stempel in je paspoort laten zetten. Altijd leuk! Hier pak ik de pendelbus naar het plaatsje Aguas Calientes. Van de ochtendtrip en alle bijbehorende indrukken heb ik trek gekregen. Gelukkig is er nog net één tafeltje over op het terras van de pizzeria. Ik bestel een mega pizza en blijf een tijdje hangen op het terras. Er komen leuke mensen naast me zitten uit Schotland. Samen keuvelen we wat in de rondte.
Dan is het tijd om terug te gaan naar het hostal in Cusco. Helaas is de Explorer trein naar Cusco volgeboekt en heb ik de trein naar Ollantaytambo genomen. Ik heb mazzel, want ik heb stoelnummer twee. Dit betekent een stoel aan de voorkant van de trein, aan het raam, met een fantastisch uitzicht over het spoor. Ik geniet volop van het uitzicht. Onderweg krijg ik wat te drinken en een lokale snack. Ik weet niet wat het is, maar het smaakt me best.
Halverwege de reis hoor ik een luid gezang en muziek. Het lijkt vanuit het gangpad te komen. Eerst ver weg en dan steeds dichterbij. Verschrikt kijk ik om. Ik zie wat mensen een soort van dansend in het gangpad. Ze komen naar voren. Wat doen ze? Wie zijn dat? Waarom hebben ze wollen jassen en vesten aan? Het is buiten 27 graden! Ik ben verward en weet eigenlijk niet of ik nu actie moet ondernemen of gewoon gedwee moet blijven zitten.
Ik besluit het laatste te doen en voordat ik het weet staan ze voor mijn neus en begin ik te beseffen wat er allemaal aan de hand is. Het is een heuse modeshow hier. In het gangpad van de trein naar Ollantaytambo. Ze promoten kleding gemaakt van Alpaca wol. Ah! Ok! Vandaar! Niemand koopt wat. Vermakelijk is het wel en de kleding ziet er eigenlijk best leuk uit. Al zeg ik het zelf. Snel maar weer terug naar het uitzicht vanuit stoel nummer twee.
Na dit avontuur stap ik, met een brede glimlach op mijn gezicht, uit de trein bij het station van Ollantaytambo. Ik loop naar binnen en zie iemand die een bordje met mijn naam in de lucht houdt. Ik groet hem en samen lopen we naar de auto.
In mijn beste Spaans probeer ik te vertellen wat ik allemaal heb meegemaakt. Juan, de chauffeur, lijkt geïnteresseerd en stort meteen een spraakwaterval over me uit. Uiteraard in het Spaans. Omdat ik hem in de illusie wil laten dat we een leuk, gelijkwaardig gesprek hebben, stamel ik af en toe een “uhuh” en een “sí’. Maar geen idee waar hij het over heeft.
Na twee uur komen we aan bij het hostal. We schudden elkaar de hand en ik stiefel naar ‘mijn’ kamer. Hier neem ik een korte, maar heerlijke douche. Ik ga op bed liggen, doe mijn dag-rugzak open en haal het vegan broodje uit mijn tas, welke ik onderweg gekocht heb. Samen met een zak chips heb ik een heerlijk avondmaal. Ik kruip vroeg onder de wol. Het is een lange dag geweest en morgen staat mij weer een nieuw avontuur te wachten. De Machy Picchu kan ik in ieder geval van mijn bucketlist afstrepen.