Veelzijdig Bali

7 november: vlucht naar Denpasar, Bali.

Op het vliegveld van Denpasar werden we keurig opgewacht door een gids met een naambordje. Hij bracht ons naar de auto met chauffeur en reed ook zelf mee naar het hotel in Sanur. Dit was ongeveer een half uurtje rijden. We hebben onze spullen in de kamer gelegd en zijn meteen naar het strand vertrokken. De vakantie kan beginnen!

8, 9, en 10 november: Sanur Beach

Deze dagen hebben we heel relaxt doorgebracht in Sanur. We zijn een keer per taxi naar Kuta Beach gereden en hebben een middag een fiets gehuurd en de boulevard van Sanur helemaal afgereden. Verder vooral uitrusten, voor we straks aan onze autorondreis beginnen.

11 november: van Sanur naar Ubud

In principe is het slechts één uurtje rijden, als je gewoon direct gaat van Sanur naar Ubud rijdt. Wij zijn echter eerst naar Tanah Lot gegaan, een tempel aan de westkust van Bali. De tempel heeft een prachtige ligging. Aan het einde van de ochtend was het hier heel rustig, maar het schijnt tijdens de zonsondergang een ramp te zijn hier, zo druk. Daarna zijn we naar Seminyak gegaan waar we hebben geluncht in een heel sfeervol café (6x sushi rolls voor ca. 3 euro) en toen naar Ubud gereden.

12 november: Ubud

‘s Morgen hebben we wat winkeltjes in het centrum bekeken en daarna naar het Monkey Forest. In het bos vind je een aantal mooie tempels en honderden apen. Ze zijn heel brutaal, je moet echt uitkijken dat ze niets van je jatten! In de middag hebben we twee wandelingen uit de Lonely Planet gelopen; heel mooi maar wel erg warm!

In de omgeving van Ubud kun je prachtig wandelen, fietsen en zelfs raften, de rijstvelden zijn echt prachtig. ’s Avonds hebben we heel erg lekker gegeten in een van de vele gezellig restaurantjes in Ubud.

Ubud staat bekend als kunstenaarscentrum, op de ’Monkey Forest Road’ vind je veel ateliers en winkels. Ook de traditionele dansvoorstellingen zijn zeer de moeite waard.

13 november: van Ubud naar Lovina

Onderweg naar Lovina zijn we langs de Jatiluwih rijstterrassen, die op de Werelderfgoedlijst van Unesco staan, gereden en daarna naar een tempel aan het Danau Bratan meer. Het was een prachtige weg, zowel naar de rijstterrassen toe, als het stuk daarna naar de kust. 
Ik vond de tempel niet zo bijzonder, maar voor de Indonesiërs zelf is dit complex wel een bijzonder religieus centrum. Er is in de deze regio vooral nationaal toerisme, niet internationaal.

14 november: Lovina

Vandaag hebben we een stuk over het strand gewandeld. Lovina bestaat uit een aantal dorpjes aan de kust die min of meer aan elkaar zijn gegroeid, waarbij Kalibukbuk zo’n beetje het centrum is. Lovina is een stuk rustiger dan de plaatsen in het zuiden van Bali. Het strand is hier zwart, de zee is erg kalm en er zijn tegenwoordig genoeg gezellige restaurantjes en barretjes om je goed te vermaken. In de ochtend ondernemen de meeste bezoekers een boottocht, op zoek naar de dolfijnen in de kalme zee bij Lovina. We hebben geluncht in Kalibukbuk en aan het einde van de middag een borrel gedronken op het strand van Anturan. Dit is echt nog een heel authentiek vissersdorpje. Er zijn twee restaurantjes, heel eenvoudig.

15 november: van Lovina naar Candidasa

We zijn vroeg opgestaan, want er is deze dag veel te zien. Eerst langs de kust naar Singaraja gereden en daarna nog iets verder langs de kust en vervolgens bij Sangsit landinwaarts. Het is een erg mooie route, je kunt beter vroeg vertrekken om de vulkaan Gunung Batur nog zonder wolken te zien. Je rijdt langzaam omhoog, tot je het prachtige uitzicht ziet. Gunung Batur is een zogenaamde dubbele vulkaankrater; een vulkaankrater in een nog grotere vulkaankrater. Je rijdt met de auto over de weg op de kraterrand, van de buitenste krater. We zijn ook nog naar beneden, de krater ingereden naar het dorpje Toya Bungkah aan het meer. De weg voert je door prachtige, ruige lavavelden van de laatste uitbarsting enige jaren geleden. Daarna zijn we weer omhoog gereden en hebben we een kopje koffie gedronken in een restaurant op de kraterrand (Penelokan). Het uitzicht was echt erg mooi, maar nu kwamen de wolken al tevoorschijn.

Daarna verder zuidwaarts, naar het dorpje Bangli. Hier ligt een hele mooie tempel, de Pura Kehen. Zoals bij de meeste tempels op Bali is het verplicht om een sarong te dragen. Je kunt ze bij de ingang meestal wel huren, in dit geval voor 3000 Rs, inclusief een roze sjaaltje? Daarna zijn we naar een prachtig waterpaleis Kertha Gosa gereden in het stadje Semarapura, ook wel Klungkung genoemd. In een van de gebouwen vind je mooie Klungkung schilderijen op de wanden en het plafond. Verder mooie vijvers en een museum met een Nederlandse krant van Sumatra uit 1908. Vervolgens zijn we met de auto door de Sidemen vallei gereden, met prachtige rijstvelden. Op de achtergrond liggen de vulkanen, maar deze lagen nu helaas in de wolken. We hebben geluncht in een leuk restaurant midden in de rijstvelden. 

Daarna zijn we via een mooie weg naar onze bestemming Candidasa gereden, waar we op een super-de-luxe loungebank aan de rand van de zee hebben genoten van de zonsondergang. ’s Avonds zijn we het dorp ingewandeld. Het is een langgerekt dorpje, langs de weg met een aantal restaurantjes/winkels. We hebben uiteindelijk gekozen voor een Chinees aan het einde van het dorp, aan het strand. Hier was af en toe een heel klein briesje, want oh wat was het heet! We werden door het restaurant teruggebracht naar ons hotel, een transfer bij je diner schijnt hier heel normaal te zijn. In de nacht begon het te regenen en flink ook. De volgende dag was het gelukkig wat koeler.

16 november: Candidasa

Vandaag hebben we een rondje gereden. Vanuit Candidasa oostwaarts, door het binnenland naar Amed aan de oostkust en dan via de zuidkust terug. We zijn om 9.30 vertrokken en waren om 15.30 weer terug. Onderweg hebben we diverse fotostops gemaakt. Het eerste deel van de route rijd je langs prachtige rijstvelden. De zon scheen, dus hebben we prachtige foto’s gemaakt van de groene sawa’s. Daarna kwamen we bij de kust, de zee is hier echt prachtig blauw! Als je vanaf de heuvels naar de zee kijkt, zie je het koraal gewoon onder het wateroppervlakte liggen. In het dorpje Jemeluk hebben we over het kiezelstrand gewandeld. De volgende stop was een strandje waar we een uurtje gesnorkeld hebben bij het Japanse Wrak. Je kon gewoon snorkelspullen huren bij het restaurantje op het strand. Het snorkelen was erg mooi, veel koraal, veel vissen en goed zicht. Daarna hebben we geluncht in een restaurant met prachtig uitzicht over de ongelooflijk blauwe zee. Het laatste stuk van ons rondje was ook leuk, een smalle weg langs de kust. We reden door leuke, kleine dorpjes, met veel mensen op brommers. De kust was erg droog, hier regent het dus echt veel minder dan aan de andere kant van de bergen. Morgen nemen we een taxi naar de haven, waar we de ferry naar Lombok nemen. Op naar het volgende avontuur!