Chili

Chiloé eiland

2min. leestijd

Een eiland vol mythen en legenden, unieke folklore en culinaire tradities. Het is het op een na grootste eiland van Chili en kent zo’n 150 kerken waarvan er 16 de status van Unesco-werelderfgoed hebben. Geniet van de adembenemende natuur, prachtig geschilderde houten huizen en een vriendelijke traditionele bevolking.

We verlieten het bier en de pretzels van Puerto Varas en reden naar de haven van Pargua. Hier namen we de ferry. Deze overtocht op zich was al een hele belevenis. Een laaghangende mist, het klotsende water en het ‘niet weten wat je te wachten staat’ maakte het een sinister geheel. Maar zo snel als de mist kwam, zo snel was deze ook weer verdwenen en na nog geen dertig minuten varen kwamen we aan op Chiloé eiland.

We hadden de huurauto meegenomen op de ferry, dus we konden meteen op pad. Het was nog vroeg in de ochtend en een welverdiende kop koffie ging er wel in. Eenmaal aangekomen in de hoofdstad Castro dronken we koffie en slenterden door de stad. Door de bijzondere houten kerken (waarvan er een hoop op de werelderfgoedlijst van de UNESCO staan), de traditionele markt en de ‘palafitos’ (unieke gekleurde houten woningen op palen gebouwd) waren we echt in een andere wereld terecht gekomen.

De volgende dag reden we door naar het kleine dorpje Cucao, waarvandaan we het Chiloé National Park konden bezoeken. Er gaan hier diverse wandelingen, de paden zijn goed begaanbaar en soms moet je je Spaanse woordenboek tevoorschijn halen om te kijken welke kant je op moet. De natuur is echt overweldigend: rivieren, meren, duinen en prachtige zandstranden. Dit, in combinatie met alle mythes van dit eiland over hekserij en kabouters, maakt ook dit weer een bijzondere Chiloé-ervaring (zoals wij dat noemden).

We hadden maar beperkte tijd en moesten de volgende dag alweer van het eiland, op weg naar Puerto Montt. Onderweg naar Puerto Montt zijn we trouwens nog via Ancud (een leuk authentiek dorpje) naar Puñihuil gereden. We hadden geluk! De pinguïns waren er. Ze waggelden achter elkaar aan op de rotsformatie, stonden even stil, waggelden weer verder en sprongen toen één voor één het water in. Fantastisch! Een kers op de taart.

01 06